LYRISCH OVER HET LANDSCHAP
Beeldend kunstenaar Adri Geelhoed uit ’s-Heer Hendrikskinderen exposeert zijn Zeeuwse landschappen bij Kunstuitleen De Bevelanden in Goes. Het is de plek bij uitstek voor dit werk, want alle onderwerpen zijn gevonden in de nabije omgeving. De kunstenaar: ‘Vooral de polders rond mijn eigen dorp leveren de motieven, de Wilhelminapolder bijvoorbeeld – omdat je hier een enorme ruimte en rust ervaart.’ T/m 18 juni is de tentoonstelling op Westwal 45 gratis te bezoeken van woensdag t/m zaterdag.
Het is de eerste solotentoonstelling in zeven jaar van Adri Geelhoed, die regelmatig in groepsverband exposeert, laatst nog met de Zeeuwse Kunstkring in De Vleeshal in Middelburg. Bij Kunstuitleen De Bevelanden toont hij werk dat de laatste drie, vier jaar is ontstaan. ‘Een aantal van mijn landschappen van de laatste jaren zijn gekocht door bezoekers aan mijn atelier’ zegt hij. ‘Spijtig dat anderen die schilderijen nooit zullen zien. Dat motiveert me om mijn werk nu te tonen aan de buitenwereld.’ Er zijn meer werken te zien dan ooit eerder op een van zijn exposities. Er zijn vijftien grotere werken te zien en in een vitrine bij de entree van het gebouw hangen dertig kleine landschapjes.
Kleurvlakken
Ruim twintig jaar schildert hij in acrylverf het Zeeuwse landschap, als enige thema. ‘Ik ben lyrisch over het landschap. Je moet houden van je onderwerp, maar je moet het ook weer vergeten als je aan het werk bent, anders sta je er niet vrij tegenover.’ In de visie van Geelhoed betekent dit een landschap dat is opgedeeld in grote kleurige vlakken. ‘Het gaat niet om details, die interesseren me weinig. Het is kunst van het weglaten.’ De horizon is nadrukkelijk aanwezig, de doeken zijn vaak langwerpig om de aard van het vlakke land te benadrukken. Zeeland kan ook heel lelijk zijn, beseft Geelhoed. ‘De nieuwe hoogspanningsmasten, daar fiets ik tot nu toe met een boog omheen. Noem het escapisme, voorlopig heb ik genoeg aan het mooie.’
Wolkenbewonderaar
De laatste jaren zijn lucht en wolken een meer voorname plaats in gaan nemen. ‘Eerder schilderde ik liever een hoge horizon met een strookje lucht. Niet dat ik niet van wolken hield, ik ben altijd een wolkenbewonderaar geweest. Het paste alleen niet bij mijn idee van een landschap dat roerloos is als een stilleven, waarin geen wolken horen die voorbij gaan.’ Geelhoed schildert bij voorkeur op forse doeken, onder meer om meer ‘in’ het werk te zijn: ‘Het is fijn om op groot formaat te werken omdat het schilderen dan in de buurt komt van de ervaring in het landschap zelf.’
Wisselwerking
De mens is, hoewel niet letterlijk aanwezig, nooit ver weg op deze schilderijen. Niet de natuur is onderwerp, maar het boerenland, vormgegeven door de mens. Oranje daken tussen bomen, strak omlijnde akkers, een spoorwegovergang. Herkenbare plaatsen maar op een eigen wijze verbeeld. Geelhoed schildert niet met een publiek in gedachten. ‘Dit is mijn eigen werkelijkheid, mooi als anderen zich er in herkennen.’ Vaak werkt hij aan twee schilderijen tegelijk. Veranderingen aan het ene werk hebben invloed op het ontstaan van het andere. Er is steeds een wisselwerking. ‘Soms tegen mijn bedoeling in, wordt het schilderij meer figuratief dan ik van plan was. Je moet dat gewoon accepteren.’